Bij Taal in Zicht volgen we ruim 500 kinderen met (een vermoeden van) TOS 20 jaar lang. In het project onderzoeken we de invloed van vroege problemen in de taalontwikkeling op de rest van het leven. We kijken naar de ontwikkeling van taal, schoolse vaardigheden en sociaal-emotioneel functioneren. Hierbij brengen we ook de kwaliteit van leven en het maatschappelijk functioneren in kaart.

Looptijd: 2015 – 2037

Kinderen met (een vermoeden van) TOS hebben allemaal moeite met taal maar zij ontwikkelen zich verschillend – in taal, maar ook in andere ontwikkelingsgebieden. De vraag binnen Taal in Zicht is ‘waarom het ene kind met TOS zich makkelijker ontwikkelt dan het andere’. Als we dat weten kunnen we kinderen met TOS in de toekomst nog beter helpen.

We vragen informatie uit op 7 verschillende momenten in de ontwikkeling (zie Figuur 1).

 

Overzicht van de meetmomenten in het project Taal in Zicht

Figuur 1. Overzicht van de meetmomenten in het project Taal in Zicht

 

Alle deelnemende kinderen komen van een behandelgroep van één van de betrokken organisaties (NSDSK, Auris, Kentalis, Pento en Adelante). We vragen informatie aan kinderen, ouders en betrokken professionals.

De eerste resultaten van Taal in Zicht zijn te vinden in dit artikel. Meer informatie vind je op de website van het project.

In 2023 is er binnen Taal in Zicht een promotie-onderzoek gestart. Hierin worden het sociaal-emotioneel functioneren en de kwaliteit van leven van de deelnemende kinderen onderzocht.

Team

  • Iris Duinmeijer, senior onderzoeker, projectleider – NSDSK
  • Annette Scheper, senior onderzoeker – Kentalis
  • Britt Hakvoort, senior onderzoeker – Auris
  • Sanne Peet, onderzoeker – NSDSK
  • Wendy Bliekendaal, onderzoeker – Auris
  • Lonneke Janssen, onderzoeker – Auris
  • Margo Zwitserlood, klinisch linguïst – Pento
  • Marijke Zoons, spraaktaalkundige – Adelante
  • Mélanie van Barreveld, promovenda – Kentalis i.s.m. NSDSK, Auris en Radboud Universiteit

Contact

Terug naar overzicht